RVO heeft op verzoek van TKI Urban Energy door Technopolis onderzoek laten doen naar de wijze waarop normalisatie innovatie kan stimuleren. Op basis van dit onderzoek komt TKI Urban Energy de volgende aanbevelingen:
Proactief normeren
- Zorg voor een normalisatie agenda op basis van verkenningen wat er nodig is en anticiperend op EU Beleid;
- Herintroduceer pre-normatief onderzoek, waarbij objectief en wetenschappelijk, prestatie bepaling en methodeontwikkeling plaats kan vinden.
Proces om innovatie te ondersteunen
- Faciliteer de deelname van kleinere innovatieve partijen in normalisatietrajecten, door financiering van de kosten voor deelname mogelijk te maken.
- Maak onderzoeksbudget beschikbaar voor het laten uitvoeren van onderzoek door de normcommisie om er voor te zorgen dat wetenschappelijke onafhankelijke inzichten een belangrijke stem krijgen in de commissie. Dit bevordert tevens de gelijkheid van de leden.
- Faciliteer de deelname van onafhankelijke onderzoekspartijen met relevante kennis door hen voor hun bijdrage te betalen.
De vorm van de norm
- Formuleer normen op basis van de gewenste prestatie in plaats van op basis de toe te passen technologie.
- Hanteer voor normen een laddersystematiek, om te voorkomen dat de minimale prestatie, de norm wordt voor de uitvoering in de praktijk.
Ondersteuning (kleinere) innovatieve partijen
- Faciliteer dat de in de norm gevraagde prestaties op een laagdrempelige maar betrouwbare en consistente manier kunnen worden vastgesteld.
- Maak afspraken over de maximale kosten voor gelijkwaardigheidsverklaringen of zorg dat kosten worden gedekt door subsidie.
De bovengenoemde aanbevelingen worden door TKI Urban Energy gedaan, maar zij is niet degene die ze in gang kan zetten. Hiervoor zijn andere partijen aan zet. Om deze reden wordt een beroep gedaan op de overheid om proactief en laagdrempelig normalisatiebeleid mogelijk te maken. Hierin kan de NEN een belangrijke rol spelen. De NEN is bij dit onderzoek betrokken geweest en onderschrijft deze aanbevelingen. Op verschillende plekken wordt gewerkt om deze aanbevelingen in de praktijk toe te implementeren. Voor nadere vragen hierover kunt u zich richten tot Emma van Sandick.
Daarnaast is hierin een belangrijke rol weggelegd voor het ministerie van Binnenlandse zaken. Ook zij geven aan met deze aanbevelingen aan de slag te gaan.