De industrie moet in 2050 klimaatneutraal zijn. Een hele opgave, want de sector is nu nog verantwoordelijk voor 40 procent van de CO2-emissies. De route naar klimaatneutraliteit verloopt via elektrificatie, betoogt Harry van Dijk. Om warmte of kracht te generen worden nu nog zaken als stoomketels en verbrandingsmotoren gebruikt. Maar straks voert de industrie vrijwel alle activiteiten, waarvoor het energie nodig heeft, uit met elektriciteit. Elektriciteit die opgewekt zal worden met zon, wind en biomassa. Die direct wordt verbruikt wanneer de afstand tot de toepassing kort is en de vraag actueel. Of als de afstand groter is en de stroom niet meteen nodig, eerst wordt omgezet in energiedragers als waterstof en ammoniak of wordt opgeslagen in grote batterijen.
Flexibiliseren processen
Juist om het stroomnet te helpen stabiliseren en de leverzekerheid te vergroten vraagt de overheid aan de industrie zo snel mogelijk aan de slag te gaan met het flexibiliseren van haar processen: “Zodat die voluit draaien als er een groot aanbod van elektriciteit is en afgeschaald worden tijdens windstille nachten. Vooral vergaand geautomatiseerde processen lenen zich daarvoor. Die kunnen immers opgeschaald worden zonder extra personeel.” Om er vervolgens bij aan te tekenen dat processen die voluit draaiend uitstekend functioneren verstoringen kunnen gaan vertonen als ze op bijvoorbeeld 60 procent lopen. “Dan kan er ineens depositie ontstaan in leidingen, of doen zich allerlei andere moeilijk voorspelbare effecten voor”, aldus de Programmaleider Industriële Warmte.
Bufferen biedt kansen
Omdat flexibiliseren in het kernproces dus vaak maar begrensd mogelijk is, wordt er momenteel, nu nog op kleine schaal, geëxperimenteerd met het bufferen van energie (zowel warmte als elektriciteit) in onder meer batterijen, waterstof en ammoniak. “Hierin schuilen ook kansen voor machine- en apparatenbouwers en hun eerstelijnsleveranciers. Bedrijven als VDL ETS en Koolen Industries laten zien dat met investeren in innovaties voor het omzetten en opslaan van energie geld verdiend kan worden. Er is immers een grote marktbehoefte aan apparaten als warmtepompen, elektrische boilers, opslagsystemen en elektrolysers met een grote capaciteit.”